Ingrediënten (12 stuks)
voor het deeg
40 gr tarwemeel
180 gr Zeeuwse bloem
90 gr kokosolie (verwarm iets om vloeibaar te maken)
1 eetlepel gerstemoutstroop
1,5 eetlepel rijsstroop
1 theelepel bakpoeder
3/4 ei (rest gebruik je om te bestrijken)
snufje zout
Voor de vulling
180 gr rozijnen
2 eetlepels dadelstroop
Werkwijze
Meng de ingrediënten voor het deeg goed door elkaar en vorm met de hand tot een mooie bal (niet teveel kneden). Is je deeg te brokkelig voeg dan druppelgewijs wat water toe. Vermaal de rozijnen met de dadelstroop in de keukenmachine of in een vijzel tot een mooie vulling. Er mogen nog best stukjes rozijn als herkenningspunt in de vulling zitten.
Bestuif je werkplek met voldoende bloem en rol het deeg uit tot een dunne plak van ongeveer 2 mm dikte. Steek met een ronde vorm van ongeveer 7 cm 24 rondjes uit. Verdeel de vulling over 12 rondjes. De lege plakjes vorm je over de vulling heen. Druk de randen goed aan. Bestrijk de bovenkanten met ei en bak in de oven op 180 graden ongeveer 12 minuten.
{gallery}koeken{/gallery}
In 2016 ben ik gestart met het geven van broodbak workshops. Gewoon gezellig aan de keukentafel met maximaal 4 mensen tegelijk. Hou jij ook van broodbakken, geef je dan snel op.
Hieronder bereken je met de bakkersformule hoeveel vocht en zout je aan je mengsel toevoegt. De desemhoeveelheid bepaal je uiteraard zelf (of neem de standaard 1/3 van het meelgewicht). In de berekening wordt echter uitgegaan van een desem met 100% hydratatie (dus 50% meel 50% water).